Monkey bread - oftewel karamelbolletjesbrood
Het deeg kan tot 5 dagen van tevoren worden voorbereid: Roer in een kom eerst de droge ingrediënten door elkaar: 500 g bloem, 2 tl droge gist, 3/4 tl zout en 100 g suiker. Laat 60 g margarine heel zacht worden (in de magnetron), meng met 1 ei en zo'n 350 ml lauwwarme melk. Giet dit in de kom erbij en roer tot alles door elkaar zit. Gebruik evt. meer vocht als er wat bloem droog blijft. Zet de kom afgedekt (niet luchtdicht) in de kamer en laat daar twee uur staan. Hierna kan de kom in de koelkast.
Op bakdag haal je het deeg alvast uit de koelkast om op temperatuur te komen. Roer in een pannetje 100 g suiker met 1,5 tl kaneel door 110 g margarine, verwarm op laag vuur totdat de boter gesmolten is. Laat even doorkoken.
Stort het deeg op een met bloem bestoven werkvlak. Bestrooi het deeg ook met bloem en vorm er een soort stol van. Gebruik de deegschraper om het deeg steeds middendoor te snijden/duwen. Herhaal dat met elk stuk deeg tot je 32 kleine stukjes deeg hebt. (Je kunt het deeg ook in stukjes knippen). Doordat er een dun laagje bloem omheen zit, gaat het met dit plakkerige deeg toch vrij makkelijk. Vorm van elk stukje deeg een balletje, dompel de onderkant in het caramelglazuur en leg het in een ronde vorm van 24 cm doorsnee. (Wij hadden een springvorm, om te voorkomen dat het glazuur door de naad naar buiten komt, hadden we de vorm bekleed met bakpapier). Tegenwoordig bak ik hem het liefst in een grote broodbakvorm. Leg de bodem vol met bolletjes en lepel er wat van het glazuur overheen. Vul de rest van de vorm op dezelfde manier op en giet de rest van het glazuur erover. Dek de vorm af en laat het brood nog ongeveer 45 minuten bij kamertemperatuur rijzen.
Bak het brood in een voorverwarmde oven van 180 graden Celsius, ongeveer 45 minuten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten