Er begon een soort bonusperiode, waarin we aan het afwachten waren op de dingen die zouden komen. Allereerst meldden we de beslissing (of eigenlijk was het nog een advies van de Raad, maar de rechter zou dit wel honereren) van de uithuisplaatsing aan de betrokken hulpverleners. De gezinstherapeut die ons gezin vrij goed kende en heel wat escalaties zelf had bijgewoond, was verbaasd. Dit had hij niet verwacht. Het nieuws moest door iedereen even verwerkt worden...
Het betrokken team van mensen die om ons heen stonden, ging aan de slag om passende plekken te zoeken voor de jongens. Het sociaal team van de gemeente heeft zich uitermate betrokken getoond. Zorgvuldig werden de mogelijkheden afgewogen, en ook voor de zoons die al boven de 18 waren, werd moeite gedaan om een plek te vinden. Dit lukte voor de een wel, omdat hij een diagnose heeft binnen het autistisch spectrum (komt in dit geval toch wel heel mooi uit), voor de ander niet, maar dat was niet zo heel erg, want deze zoon had plannen om binnen afzienbare tijd voor een jaar naar het buitenland te gaan.
En zo verstreken de weken. Op zich was ik het er wel mee eens dat deze beslissing was genomen. Ik voelde zelf ook wel dat het zo niet langer kon. Het huis zou binnenkort verkocht worden en ik had nog geen flauw idee hoe ik zelf aan woonruimte zou kunnen komen. Ik had eenvoudigweg niet de mogelijkheid om met de kinderen samen te verhuizen, zoals ik andere gescheiden moeders had zien doen. Dus ik moest me er wel bij neerleggen.
Wel ben ik vanaf dag één (de bewuste dag in november) begonnen om te werken aan de voorwaarden die de Raad had gesteld waaraan moet worden voldaan om de kinderen weer terug te krijgen. Hierover volgende keer meer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten