Omdat ik zelf volledig vertrouwde op de goede afloop, hield ik er maar weinig rekening mee dat er nog zoveel ogen over de thuissituatie zouden moeten gaan voordat er groen licht kon worden gegeven voor terugplaatsing van de kinderen. Trouwens, dat dit moest gebeuren, was eigenlijk nog nooit met zoveel woorden gezegd. Mij werd eigenlijk alleen maar gezegd dat ik moest zorgen voor een woning, en dat gaf mij het idee dat het wel in orde zou komen als ik eenmaal ergens definitief onderdak kreeg.
In oktober kreeg ik dan eindelijk mijn flat. Vol energie ging ik aan het werk om hem zo snel mogelijk in te richten en klaar te zijn voor de jongens. In mijn naïeve vertrouwen op de goede afloop verwachtte ik ze zo'n beetje direct na de volgende rechtszitting in januari op te kunnen halen en ik had nog net geen nieuwe scholen voor ze uitgezocht, toen ergens begin december de voogd op bezoek kwam. Toen ze kwam, was de flat al redelijk ver ingericht, alleen zat ik nog op tuinstoelen. De voogd was bijzonder prettig verrast door wat ze zag en ik kreeg een welgemeend compliment. Maar ze maakte me ook duidelijk dat er nu eigenlijk pas kon worden begonnen aan het onderzoeken van de mogelijkheid voor terugplaatsing. En dat ze bij de rechtbank had verzocht om voor drie van de vier kinderen de uithuisplaatsing met een jaar te verlengen. Dit was een bittere pil om te slikken.
Achteraf gezien is het wel logisch. Dit soort hulp wordt betaald door de gemeente waar je woont. Als je nog geen definitieve woonplek hebt, weet je dus ook niet waar je hulp moet aanvragen. (Als je het mij vraagt, moet dit ook anders kunnen, maar het is nou eenmaal op dit moment niet anders). De voogd leefde met me mee. Ze liet me weten hoezeer ze het mij gunde dat deze hulp op gang zou komen, en dat er niet alleen mensen waren die van alles rondom de kinderen regelden, maar dat er ook hulp voor mij en de situatie als geheel kwam. Ze raadde me aan om me aan te melden bij het sociaal team van de gemeente IJsselstein, en vertrok weer, nadat ze haar goedkeuring had uitgesproken over het feit dat de bezoekregeling die ik voor de jongens had (bezoek en overnachtingen bij mij) op dit adres kon worden voortgezet.
Grappig genoeg had de voogd wel besloten om voor de oudste puber wel alvast terugplaatsing aan te vragen. Hiervoor hoefde ik kennelijk minder goedgekeurd te worden dan voor de andere drie kinderen. De reden hiervoor was dat deze puber duidelijk niet lekker in zijn vel zat op de plek waar hij woonde, iets wat de begeleiding daar en via hen ook de voogd niet was ontgaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten